Eind jaren 90 verplaatsen concurrerende ateliers een deel van de productie naar Polen en door het grote aanbod aan vakkrachten en de goedkopere arbeid overweegt ook van der Lelie deze stap. De groeiende vraag van relaties naar goedkopere productie is dan ook de doorslag de stap te zetten, maar van Polen is de verwachting dat de arbeid snel duurder zou worden. Medio jaren 90 was Rob begonnen met hulptransporten naar weeshuizen in Roemenië, wat bepaalde kennis en relaties in dat land heeft opgeleverd.
In 2002 start in Rumnicu Valcea RomLelie met 18 mensen waarvan een aantal voormalige weeskinderen. Weeskinderen worden rond hun 16e jaar uit een weeshuis ontslagen en belanden daarna vaak in criminaliteit of prostitutie, behalve als ze zich op een eerlijke manier kunnen onderhouden door bijvoorbeeld te werken bij van der Lelie. Vanuit een humanitair en een economisch oogpunt blijkt de start in Roemenië een goede keuze. De Nederlandse verwachting van kwaliteit en het nakomen van afspraken blijkt een stuk hoger te liggen dan van Roemenen, maar het vakmanschap en de wil om het goed te doen is absoluut aanwezig waardoor het kwaliteitsverschil tussen de ateliers in Roemenië en Nederland snel verdwijnt. Tegenwoordig werken er in Roemenië 190 mensen en het streven is nog steeds om 25% van het personeelsbestand te laten bestaan uit voormalige weeskinderen.